Het voelt niet fijn!

Als naaste van iemand met een GGZ-diagnose ben je altijd gewend om te zorgen dat ‘het niet fijne gevoel’ bij de ander weggaat. Maar wat doe jij als je een niet fijn gevoel hebt? Zorg je dat het weggaat of mag het er zijn?

“Het voelt niet fijn”. Vorige week werd dat door drie verschillende cliënten gezegd. Drie verschillende mensen in drie verschillende sessies. Alle drie zijn ze naasten.

‘Het voelt niet fijn’ is een uitspraak die door mensen die last hebben van angst of dwang regelmatig wordt geuit. Omdat het niet fijn voelt, moeten ze dingen doen (dwanghandelingen) of denken (dwanggedachten) of doen ze dingen juist niet (vermijden uit angst). Net zolang tot het ‘goed’ voelt.
Maar hoe zit dat met de naasten? Met de ouder of partner die er naast staat?

Pieter

Pieter volgt bij mij een individueel traject. Zijn vriendin en hij hebben (tijdelijk) hun relatie verbroken wegens haar dwang. Hij is om die reden uit hun huis gegaan en na wat omzwervingen heeft hij een eigen plek gevonden. Zijn ex-vriendin heeft gezegd dat ze komt helpen met klussen. Hij ziet dat als een toenaderingspoging van haar die hij graag wil waarderen, want hij houdt nog steeds van haar. Tegelijk wordt hij er onrustig van. Bang voor welke kant de gesprekken op gaan of haar dwang het weer over gaat nemen en dat hij zich die hele dag niet ontspannen zal voelen.

Mag je nee zeggen?

“Mag je nee tegen haar zeggen?” vraag ik hem. Die vraag verbaast hem. Als zij iets wil doen, mag hij toch geen nee zeggen?
Later die dag krijg ik een appje van hem. Hij heeft nee tegen haar gezegd, want samen klussen met haar geeft hem te veel onrust. Een enorme stap want hij heeft nog nooit nee tegen haar gezegd. De volgende dag stuurt hij weer een appje. “Het voelt niet fijn,” zet hij daarin “ze reageert opeens zo afstandelijk.” Ik vraag hem of het niet fijn mag voelen. Na een poosje antwoordt hij: “Dat is even wennen. Ik zorgde er altijd voor dat zij zich weer fijn ging voelen, maar daarmee gaf ik mijn eigen ongemakkelijke gevoel ook geen ruimte.”

Anja

Anja volgt samen met haar man Erwin relatiecoaching bij mij. In de vorige sessie hebben ze afgesproken hoe Anja reageert als Erwin tijdens het fietsen last krijgt van dwang. De situatie is dat Erwin telkens moet controleren of er niets is gevallen tijdens het fietsen. Anja probeert hem dan te overtuigen dat dit niet gebeurd is, ze stoppen om de fietstassen te controleren of Anja fietst een stuk mee terug om op de plek te gaan kijken die in Erwin zijn gedachten is blijven hangen.
Samen maken ze de afspraak dat Anja haar aandacht richt op hun tweejarige dochter die zij voorin het fietszitje heeft en niet ingaat op wat Erwin in zijn dwang zegt. Vorige week kwamen ze weer voor een relatiesessie en ik vroeg hoe het gegaan was. “Ik vond het helemaal niet fijn voelen” zei Anja, “het voelt zo ongemakkelijk. Ik heb het gevoel dat ik hem moet helpen en dan zit ik een beetje liedjes te zingen met Fleur”.

Liedjes zingen op de fiets

Erwin was behoorlijk positief. Het doorfietsen was niet makkelijk, maar hij kon nu zijn eigen dwang reguleren zonder dat Anja hem daarin hielp – of eigenlijk zonder dat zij hem stoorde. Daardoor was hij er sneller uit.
Door samen naar deze reacties te kijken werd er voor beiden veel helder. Anja kan een leuke moeder zijn op de fiets en Erwin voelt zelfvertrouwen als hij zelf uit zijn dwang komt.

Maaike

Maaike volgt de groepstraining voor naasten. Zij is moeder van een zoon van 18 jaar met een combi van ASS (autisme verwante stoornis) en dwang. Haar grootste dagtaak is om hem uit te leggen dat zijn dwanghandelingen nutteloos zijn en dat de angst die hij daaronder voelt niet nodig is. Regelmatig mondt dit uit in zowel een schreeuwende zoon als een schreeuwende moeder. In de training heeft ze geleerd dat als zij de angst en dwang van haar zoon gaat wegpraten, dit juist een tegenovergesteld effect heeft. Dit vindt ze lastig om aan te nemen. Zij heeft het gevoel dat als ze er niet tegenin gaat, haar zoon de discussie wint. Maar ze heeft zich voorgenomen om te proberen niet de discussie aan te gaan en hem niet te overtuigen.

De sfeer thuis is er beter op geworden

“Dat voelde zó niet fijn” zegt ze in de volgende training. “Ik heb echt het gevoel dat ik hem – en dus zijn dwang – gelijk geef”. In diezelfde bijeenkomst ontdekt ze dat de sfeer er thuis wel beter op is geworden. Er is minder ruzie en geschreeuw. Haar man en dochter was dat al opgevallen. Ze neemt zich voor om toch te proberen haar mond dicht te houden, ook al voelt het niet fijn. Misschien gaat het wennen?

Het voelt niet fijn

Deze drie mensen zijn zo gewend om het ‘niet fijn voelen’ van hun partner of kind weg te nemen, dat ze niet beseffen dat ze dat doen omdat ze eigenlijk bang zijn voor de reactie van die ander. Op een andere manier reageren voelt in eerste instantie niet fijn. Maar eigenlijk staat dat gevoel voor het niet gewend zijn en nog geen vertrouwen durven hebben. Ik heb vertrouwen in alle drie, want ze hebben een positieve ervaring opgedaan met een andere manier van reageren. Dat is even wennen. Over niet al te lange tijd zijn ze gewend aan dat gevoel!

Wil je vaker mijn blog lezen?
En op de hoogte blijven?

Meld je dan hier aan voor mijn nieuwsbrief.

Please enter your name.
Please enter a valid email address.
Something went wrong. Please check your entries and try again.

Laat een reactie achter