Heimwee na de vakantie
Ja… ieder jaar gebeurt het me weer. Ik heb heimwee naar de vakantie. Ik wil terug.
Terug naar onze tent, de eenvoud, het niets moeten, mooie omgeving, het mooie weer (oké, een enkele regenbui mag).
Weer thuis wil ik alleen maar terug
Wat vind ik op vakantie (verlangen) wat ik thuis niet kan vasthouden (gemis)?
Op vakantie voel ik de vrijheid.
Voor mij is dat de beweging in de rigide karakterstructuur: de beweging tussen vorm en intentie.
Zodra deze twee in balans zijn, voel ik de vrijheid. Dan zijn vorm en intentie ondersteunend aan elkaar.
Onze manier van vakantie heeft een bepaalde vorm (eenvoud, tent, zon) en er is vrijheid.
We beslissen op het laatste moment naar welk land we gaan en we trekken door als we dat willen (al hebben we dat dit jaar i.v.m. corona niet gedaan).
In het dagelijkse leven MOET er veel. Voor een deel is dat fijn. Het maakt dat ik me aan afspraken hou en betrouwbaar ben.
Maar ik word gevoed door mijn intentie. Zo komen vorm en intentie voor mij samen.
Vóórdat mijn eerste werkweek voorbij is ben ik al ziek.
Nee, geen corona, wel een signaal van mijn lichaam.
Ik worstel met situaties en ontmoetingen waarin de vorm centraal staat en de intentie de vorm niet mag beïnvloeden.
Wat wil ik?
Wat moet ik?
Wat kan ik?
Wat mag ik?
Wat durf ik?
Vooral die laatste twee vragen maken dat ik het gevoel van vrijheid kwijtraak.
Ik ga voor de intentie en zoek naar de vorm die daarbij past (rekening houdend met de kaders die er zijn). Intentie en vorm die met elkaar in wisselwerking mogen zijn.
Ik mag het en ik durf het!
Niet moeten, maar ont-moeten.